Voortplanting en preventie

VOORTPLANTING

Over het algemeen castreren we een kater vanaf 7-8 maanden. Het is belangrijk te castreren voordat hij gaat `sproeien` of buiten grote verkeersrisico`s neemt en gaat vechten in zijn drang om krolse poezen te dekken. Een enkele keer is het daarom nodig al te castreren vanaf een leeftijd van 6 maanden. De castratie van de kater is een relatief kleine ingreep, immers de buik hoeft niet geopend te worden. Wel gaan de katers onder volledige narcose en krijgen zij ook voor twee dagen pijnstillers mee naar huis. De meeste katers hebben al de dag na operatie nergens meer last van, toch adviseren wij de katers een paar dagen binnen te houden, zodat de wondjes (waarin geen hechtingen hoeven) goed kunnen genezen.

Ook de sterilisatie van een poes is eigenlijk castratie want de eierstokken worden verwijderd. Poezen steriliseren wij liefst vanaf een leeftijd van 8 maanden. De sterilisatie van een poes levert belangrijke gezondheidsvoordelen op, zoals verminderde kans op baarmoederontsteking en tumoren van de melkklieren of eierstokken/baarmoeder. De sterilisatie van de poes is een wat zwaardere operatie dan bij de kater, omdat bij de poes de buik wel moet worden geopend. Meestal zitten de hechtingen aan de binnenkant en deze lossen vanzelf op. Zij hoeft dan geen kraag of rompertje om. Wel is het verstandig de poes 10 dagen na operatie binnen te houden zodat de wond rustig kan genezen. De poes is vanaf 5 maanden al vruchtbaar. het is daarom verstandig haar tot aan de sterilisatie op de poezenpil te zetten wanneer ze al naar buiten gaat of er een ongecastreerde kater in huis is.